Het leven van een filmregisseur (nederlands)

Sergej: Welkom mensen bij een nieuwe aflevering van de Defensa podcast. Vandaag hebben we niemand minder dan Dieter Grohmann bij ons. Welkom, Dieter.

D: Heel erg bedankt.

S: Normaal geef ik de introductie, maar misschien kun je proberen om jezelf voor te stellen? Wie is Dieter? Je bent een filmproducent, regisseur?

D: Ik denk dat dit komt door geboren en opgevoed te zijn in Oostenrijk, in Wenen, dus ik ben afkomstig van de thuisstad van Sigmund Freud. Dit is een heel interessante vraag. Wie is Dieter? Dit is een bijzonder moeilijke vraag. Maar om het simpel te houden: mijn naam is Dieter Grohmann, geboren en getogen in Oostenrijk, in Wenen. Ik heb ook meer dan tien jaar in Salzburg in Oostenrijk gewoond. Ik heb rechten gestudeerd in Wenen en Salzburg. Ik heb in Salzburg een opleiding reclame gevolgd, in Zwitserland management voor non-profitorganisaties en cinematografie in Oostenrijk en in de Film Academy in New York. En om brood op de plank te brengen, werk ik voor het WKO in Oostenrijk en ik ben via hen verbonden aan de Europese Vereniging hier in België, waar ik te maken krijg met Europese zaken omtrent sectoraal beleid en media. Dus ik ben aanwezig op evenementen, ik doe conferenties, videoconferenties, maar dit is mijn normale baan om geld te verdienen.

S: Ik wil graag wat dieper ingaan op de overlappingen met je normale job.

D: Er zijn zaken die overlappen. Maar het is doordat ik manager en advocaat ben, dat ik een maandelijks inkomen heb. De rest is mijn leven.

S: Ik ben verheugd om hier met jou te kunnen praten over deze manier van leven. Stel je voor dat je een kind bent en je wilt een film maken, wat moet je dan doen? Hoeveel kost het? De acteurs, de casting… En waarom begon je met het maken van films? Hoe ben je in dit wereldje terechtgekomen?

D: In feite begon ik met het schrijven van toneelstukken en probeerde ik ze te producen voor het theater. En in navolging hiervan werkte ik ook in de reclamewereld, wat ook bestaat uit verhalen met scenario’s waarin je het verhaal ‘koop dit product, want het is goed, hip, cool, wat dan ook’ moet proberen te verkopen in een bepaalde tijd, gewoonlijk twintig seconden op televisie of in de bioscoop wanneer je een reclame ziet. Dus dit alles heeft me gevormd tot ik op een bepaald punt zei: oké, dit is allemaal slechts verbonden met producten of met de commerciële wereld. En dan wil je iets creëren dat meer een verhaal vertelt, want dit is wat de wereld volgens mij nog steeds mist, dat gevoel van rond de haard zitten en verhalen vertellen over goed en kwaad. En geleidelijk kwam ik hierin terecht. Het was geen grandioos plan om ooit cineast te worden en naar Hollywood te gaan. Het ging meer over het vertellen van verhalen en mensen beroeren door middel van hun gevoelens, hun behoeften, hun interesses, hun verwondering.

S: Zijn er grote onderwerpen die door je films lopen? Ik bedoel, horror of komedie, is alles sciencefiction of loopt er een rode draad doorheen?

D: In feite is er een rode draad en ja, ik heb een horrorfilm gemaakt, een komedie, enkele historische dingen. De rode lijn is uiteraard de ziel van de mensen, het kiezen van een bepaald personage in het verhaal en proberen hun psychologische behoeften, hun verlies, hun lot te vatten en hierover te vertellen. Dit is zowel de rode draad in de horrorfilm als in de historische films en de komedie.

S: Dus ook horror. En je hebt een historische film gemaakt.

D: Ja, ik heb er een gemaakt met de titel The Hour Glass. In feite heb ik het verhaal van de jeugd van mijn moeder genomen, dit een beetje aangepast en er een film over gemaakt. Dus de film gaat over een oude vrouw die niet genoeg water drinkt. We weten dat veel oude mensen onvoldoende vloeistof opnemen omdat ze bang zijn dat ze vaak naar het toilet zullen moet gaan, dit soort zaken. Hoe minder ik drink, hoe minder vaak ik naar het toilet moet. Maar de arts die ze consulteert, vraagt haar hoe dit komt. En ze zegt altijd: ik kan hier niet over praten. Dus we zien dat er iets meespeelt uit haar verleden of uit haar jeugd. En hij zegt haar dat ze het hem niet hoeft te vertellen, maar als ze dat wel doen dan kan hij haar misschien helpen. En we krijgen een flashback te zien van toen de oude vrouw een kind van acht jaar was, in 1944 tijdens de Tweede Wereldoorlog. En dit meisje moest haar dorp verlaten samen met haar moeder en enkele andere dorpsgenoten. Ze staan te wachten in het station en ze heeft verschrikkelijk veel dorst. Dus dit is het omgekeerde van de oude vrouw bij de dokter. Het meisje heeft dorst en wil drinken, maar haar moeder zegt: nee, doet dat niet, want als je naar het toilet moet, wat dan? En het meisje zegt: ja, maar er is een toilet in het station. Maar voordat de trein eindelijk arriveert, is er een luchtaanval en wordt het station gebombardeerd en aangevallen en bijna iedereen sterft behalve het meisje. Ook de moeder van het meisje sterft en het meisje slaat door en denkt dat zij de oorzaak is dat iedereen nu dood is, omdat ze vervelend heeft gedaan. En haar laatste woorden in de flashback zijn: ik zal niet meer stout zijn, mama, ik heb zelfs geen dorst meer. En dit brengt ons terug naar het heden waar de oude vrouw in haar zetel zit en probeert te grijpen naar haar glas water, en ze fluistert tegen zichzelf: ik heb zelfs geen dorst. En dan zien we hoe de hand neervalt in de laatste scène.

S: Dus je legt in feite de nadruk op typisch menselijke emoties en in de grote films van tegenwoordig van de laatste tien, twintig jaar is er volgens mij vooral een gebrek aan close-ups, uitgewerkte karakters, emoties, plot, dynamiek, patronen. Ik vind het echt leuk dat jij de nadruk legt op deze zaken. Ik kan me inbeelden dat het misschien wat saai is als je vijfentwintig of twintig jaar bent, maar dit is echt het type films dat ik vaker zou willen zien, hoe de mensen reageren…

D: Ik hoop het en ik ben er niet echt van overtuigd dat mensen die jonger zijn niet geïnteresseerd zijn in de psyché of in emotionele zaken. We zien dit ook bij allerlei bewegingen die er nu zijn, zij het over klimaatverandering of andere onderwerpen. Dit zijn mensen die heel erg opgaan in hun ideeën en ze willen eigenlijk vechten voor hun ideeën omdat ze zien dat er werk is aan bepaalde onderwerpen. Natuurlijk kunnen we praten over de middelen en of een bepaald onderwerp belangrijk is. Je zou kunnen zeggen dat er een bepaalde vermoeidheid is. Mensen zijn politici beu, maar niet de politiek. Dit zou de politici aan het denken moeten zetten, maar ik wil wedden dat als we een politiek onderwerp vinden, wat het ook mag zijn wat betreft de noodzaak voor de maatschappij, dat we binnen een week moeiteloos honderd of vijfhonderd mensen vinden die zich daarvoor willen inzetten, want in de maatschappij is er een behoefte en ook bij jonge mensen om zichzelf een stem te geven en zich daarvoor in te zetten.

S: Ik ben het daar helemaal mee een. En heb je al een gelijkaardig idee gehad om een film te maken over politiek?

D: Ha, in feite is er een film die een beetje uitgesteld werd door de pandemie, maar het hoofdpersonage is een artiest, een schilder die in zijn jonge jaren nogal hoge toppen scheerde. En iedereen verdient geld met zijn schilderijen, behalve hem, want vanaf dat een werk verkocht is, komt het op de kunstmarkt terecht en is het niet langer in handen van de impresario of de schilder. Dus hij komt samen met zijn impresario om de goede tijden van weleer terug in het leven te roepen en ze plannen een tentoonstelling. En hij zal als artiest aanwezig zijn en we zien een politicus die de openingsspeech verzorgt en wat hij zegt over de kunstenaar toont duidelijk aan dat hij geen idee heeft wie hij is, wat hij is, over wie hij praat. Anderzijds wil ik politici ook niet echt met de grond gelijkmaken omdat ze politici zijn. Het is geen gemakkelijke taak die ze doen. In Oostenrijk hebben we een volle kalender. Mogelijk haal je een beetje door elkaar waar je bent, met wie je nu weer moet praten, deze groep, die belangenorganisatie. Het is niet makkelijk, ook al denken sommigen van hen dat de wereld om hen draait en dat klopt natuurlijk niet, want de maatschappij draait om het volk en de politici vertegenwoordigen het volk slechts.

S: Inderdaad. Ken je de term narcisme?

D: Uiteraard.

S: In een van de vorige afleveringen had ik een vrouw te gast die vertelde over haar ervaringen met narcisme en ik lees er momenteel ook een boek over en zie talloze gelijkenissen, ik bedoel dat de lichaamstaal van negentig procent van alle politici die ik zie, verband houdt met narcisme.

D: Ja, het is een maatschappij die draait om ik-ik-ik en ook in de reclamewereld gaat het een beetje zo. We hebben een grote supermarkt en ik denk dat hun slogan ‘Ik ben niet gek’ is en ‘Het is cool om gierig te zijn’. Het leven zou meer moeten gaan over dat je niets verliest als je iets geeft. Hoe meer je geeft, hoe meer je terugkrijgt. Het is dit idee van yin en yang en in feite is het altijd evenveel geven als nemen, maar als je het beschouwt vanuit een standpunt dat vooral gericht is op geld en dingen, dan is het moeilijk… en dit is bovendien hoe we elkaar vele jaren terug hebben ontmoet en waarom we al lang vrienden zijn.

S: Het is interessant om over de huidige situatie te praten, maar ik denk niet dat dit de hoofdreden is voor ons gesprek hier. Maar ik veronderstel dat jij een sterke drang voelt om hier iets over te zeggen.

D: Omdat alles erdoor beïnvloed wordt, ook films maken wordt erdoor beïnvloed en we moeten mondmaskers dragen op de set, er gelden coronaregels, etc. Alles is mogelijk, maar het is allemaal een beetje moeilijker.

S: Hoe ziet een liefdesscène eruit in tijden van corona?

D: Iedereen moet getest worden en moet in quarantaine.

S: En de meeste van jouw films zijn kortfilms?

D: Tot nu zijn de meeste kortfilms.

S: Wat is het doel van een kortfilm? Komt het door een gebrek aan budget of is er een specifiek idee achter het maken van kortfilms?

D: Weet je, elk verhaal heeft een lengte en een duur. En een kortfilm is een andere kunstvorm dan een langspeelfilm. Het is een beetje zoals poëzie een andere kunstvorm is dan een roman schrijven. Het is niet dat een gedicht een roman is die onvoldoende woorden heeft, maar een gedicht heeft precies het juiste aantal woorden om het gevoel op te roepen. Ik wil zelfs zo ver gaan om te zeggen dat er geen kunst bestaat behalve in het oog van de toeschouwer. Dus het gedicht dat ik lees en het gedicht dat jij leest, bevat misschien dezelfde woorden, het kan exact hetzelfde gedicht zijn, maar er worden andere gevoelens opgeroepen. Een gedicht is kort, een roman is lang. Is een klein schilderij belangrijker of minder belangrijk dan een groot schilderij, foto, film? Zo denk ik dus niet, voor mij gaat het erom dat kortfilms een kunstvorm is die gevoelens op een zeer duidelijke en precieze manier verpakken binnen een bepaald tijdsbestek, terwijl een langspeelfilm over meer tijd beschikt om uit te wijden over zijaspecten en andere gevoelens te belichten van de personages.

S: Dat is een interessante visie hierop, zo heb ik er nog nooit over nagedacht.

D: Dat is hoe ik het zie.

S: Ik denk niet dat het al mag, maar als je naar de bioscoop wil, dan zie je in de meeste commerciële bioscopen een film van anderhalf uur, een uur en veertig minuten. Je ziet amper, vooral dan in gecommercialiseerde bioscopen…

D: Dat klopt, Sergej, maar het ding is dat er zoiets bestaat als de filmindustrie en hoewel ik ook deel uitmaak van die filmindustrie, ben ik een cineast, ik vertel verhalen en voor mijn tijd bestonden er dubbele vertoningen of driedubbele vertoningen van films, zodat je twee of drie kortfilms na elkaar kon bekijken. Of er waren films voor de hoofdfilm. Dus ik denk dat er ruimte is voor dit alles en vooral tegenwoordig met alle streamingplatforms en alle technische mogelijkheden. Bovendien zijn er fantastische kortfilms, niet alleen die van mij. Uiteraard die van mij, maar er zijn echt geweldige films en ook als je denkt aan filmfestivals, er zijn een groot aantal filmfestivals die zich richten op kortfilms en ook bij de Oscars is een categorie voor kortfilms. Het is niet poëzie tegen romans. Het is gewoon een andere kunstvorm.

S: En je wilt er niet altijd over opscheppen, misschien een beetje en dat is volgens mij ook gezond, dat je meerdere Oscars hebt gewonnen…

D: Nog niet, maar…

S: Nog niet, maar je hebt het Oostenrijks Erekruis gekregen…

D: Ja, dat klopt. Nederig moet ik toegeven dat het een grote eer is om het Oostenrijkse Erekruis voor Wetenschap en Kunst te mogen hebben ontvangen.

S: Hoe is dat…?

D: Om het botweg te zeggen, weet ik niet hoe dit is gebeurd, maar blijkbaar was er iemand in de Oostenrijkse hiërarchie die zulke decoraties uitdeelt en mijn films ontdekte en het feit dat ik wereldwijd meer dan honderd prijzen heb gewonnen, van Rome tot Hollywood tot Zuid-Amerika. En ze zeiden: oké, deze kerel maakt blijkbaar iets goeds omdat zoveel van zijn films in de prijzen vallen, en ze wilden me ook iets officieels van Oostenrijk geven en ik voel me daar heel erg vereerd door. Het is ook een verplichting en ik wil het zien als een onderscheiding waardoor kortfilms als een echte kunstvorm worden beschouwd en niet slechts het kleine broertje van langspeelfilms, maar als een andere branche.

S: Ik moet deze clichévraag stellen, maar hoe is Hollywood? Je bent dus in Hollywood geweest? Ik was er ook één of twee keer, maar ik vond het daar niet leuk, het was mijn ding niet. Ik verkies de sequoia’s…

D: Hoe zal ik het zeggen? Hollywood is een stad op zich. Er heersen veel mythes over. Maar wat vind je leuk aan een stad? Meestal hou je niet echt van de stad zelf, je houdt van de mensen die je in de stad kent. En we hebben gemeenschappelijke vrienden die net buiten Hollywood wonen.

S: Zijn achternaam is een speciale naam.

D: Ja, John Flanders. Een geweldige acteur die ik in feite in een acteerklas ontmoette.

S: Een heel bijzondere kerel.

D: Ik hou echt van hem en ik heb hem bezocht in het omringende gebied van Los Angeles, waar hij tegenwoordig woont, en weet je, ik hou van hem, van zijn gezin, zijn kinderen, zijn andere vrienden. Dus mijn liefde voor Hollywood of Los Angeles is een liefde voor de mensen die ik daar ken, want het zijn de mensen die belangrijk zijn en niet de naam van de stad. Anderzijds is er, wanneer je naar Hollywood verwijst als de filmindustrie, een bekend citaat: “Hollywood bestaat uit ondiepe loopgraven met geld waar gangsters en drugdealers het voor het zeggen hebben en goede mensen als honden sterven op straat”. Het heeft ook een negatieve kant. Dus je ziet dat er veel oppervlakkigheid is, er is veel hypocrisie, er verschuift veel geld. Maar het eerste punt is: ik ben een mens. En het tweede punt is: ik ben Europeaan en ik wil verhalen vertellen. Ik wil mijn kunstvorm beoefenen, maar als ik er geld mee wou verdienen dan zouden mijn verhalen er anders uitzien. Dan zouden het blockbusters zijn die niet zozeer zouden draaien over het vertellen van verhalen…

S: Over echte mensen en hun…

D: … ziel.

S: Dat was het gedeelte over Hollywood. Dit kunnen we nu overslaan. Dus stel je voor dat iemand luistert en hij of zij droomt ervan om een film te maken. Hoe doe je dat? Ik bedoel, moet je naar een school gaan in Brussel en daar wonen en vier jaar cinematografie studeren en je daarna specialiseren in regie en daarna…?

D: Weet je, er zijn verschillende wegen die leiden naar het einde van de regenboog, laat het me zo zeggen. Er zijn veel verschillende manieren.

S: Het is een vreemde vraag, ik weet het.

D: Dat is niet erg, maar weet je, je kunt beginnen met marketing of wat dan ook, je kunt naar een filmschool gaan. Enkele van de beste cineasten hebben nooit de binnenkant van een filmschool gezien. Quentin Tarantino bijvoorbeeld, dat gerucht doet de ronde. Anderen spenderen hun hele leven in de filmschool en voltooien nooit een film, weet je. Dus er is geen allesomvattend antwoord, het gaat om jouw persoonlijke drievuldigheid, een beetje zoals de drievuldigheid van de held, hoe je in de filmwereld terechtkomt, hoe jij je leven leidt. Uiteraard zijn er verschillende technieken die je op een bepaald moment moet kennen, of als je denkt over Olson Welles, toen hij begon in Hollywood was hij een genie in die tijd, hij was een heel bekende naam in de theaterwereld van New York en op de radio, waar de oorlog van de wereld zowat wordt uitgevochten, en toen hij naar Hollywood kwam zei hij tegen zichzelf: ik weet helemaal niets over hoe je een camera moet richten, hoe je de lichten opstelt, etc. Hij vond mensen die hem wilden helpen, ook genieën, om hem te helpen met zijn droom en deze werkelijk te maken en de film die uitgebracht werd wordt nog steeds beschouwd als een van de beste films, Citizen Kane, gemaakt door een beginneling die er bijna niets over wist. En dit volgt ook een beetje het idee, en misschien is dit meer een antwoord op je vraag, en dit is iets dat hij zegt: als je een schip wilt bouwen, breng dan niet het hout en de mannen om dit te doen, maar wijs de mensen op de magie van de eindeloosheid van de zee. En dit is een deel van naar de film gaan. Zorg dat je een verhaal hebt, bedenk een liedje, en maak het echt. En dan vind je de middelen om dat te doen.

S: En dat was een van de hoofdredenen waarom ik jou hier wou hebben, mijn podcast gaat over de natuur, weerbaarheid en menselijke connectie, en ik denk dat het verband van wat je zonet zei, deze mindset, dit geloof in jezelf, een gevoel dat iemand in zijn binnenste voelt, dat je al die diploma’s niet nodig hebt en al die opleidingen en acteerlessen niet hoeft te volgen, ook al is het niet slecht om dat te doen, maar daar draait het eigenlijk niet om. Ik ben echt blij dat je over dit soort zaken praat.

D: Dat klopt. Ik wil misschien nog twee citaten geven om hier nog wat dieper op in te gaan. De ene komt van Charlie Chaplin en de andere komt van mijn grootmoeder. Charlie Chaplin zei: “Macht heb je alleen nodig als je iets slechts wilt doen. Voor al de rest is liefde voldoende.”

S: Een cliché, maar zo juist.

D: En dan is er nog mijn grootmoeder die zei: “Je hoeft niet iets te worden als je iemand bent”. Dit klinkt een beetje tegenstrijdig, want momenteel leven we in een tijd waarin mensen zich verschuilen achter titels zoals president, secretaris-generaal, dokter, regisseur, enz. We hebben onze visitekaartjes met titels die langer zijn dan onze voornaam, iets dat veel dichter aanleunt bij onze ziel. Dus om iemand te zijn moet je gewoon de persoonlijkheid, de personage zijn die je bent en dan heb je al die titels en harnassen niet nodig om je achter te verstoppen, zoals een diploma in dit en een diploma in dat. Ja, het is leuk, maar dit is niet jouw strijdkreet. Jouw strijdkreet is je verlangen naar de eindeloze zee. Dat is wat het zou moeten zijn.

S: Dat is echt krachtig en het klopt helemaal. En veel mensen erkennen dit en zeggen vanuit het hoofd dat dit klopt, maar ze voelen het niet echt, want ze denken bijvoorbeeld: Dieter Grohmann is een regisseur, we moeten dit en dat… Kijk, het maakt mij niet uit wie je bent of wat je doet, ik wil gewoon de persoon kennen, we zijn allemaal mensen, we moeten allemaal naar het toilet soms, we laten allemaal scheten, iedereen zal op een dag een keer sterven, of twee keer misschien volgens sommigen, en ik begin vanuit die connectie en ik denk dat je dit heel goed hebt gezegd.

D: We leven in verschillende culturen met verschillende visies op het leven. De Europese gedachte is gevormd door Descartes die zei: ‘Ik denk, dus ik ben’. De Amerikaanse cultuur wordt dan weer heel erg gekarakteriseerd door ‘Ik heb, ik bezit dit, ik heb zoveel geld, dus ik ben’. Opscheppen, ik ben de eigenaar van een gouden wolkenkrabber. Wat de naam bovenaan ook mag zijn. In Azië zeggen ze dan weer: ‘Ik kopieer en verbeter wat er al was, en dat is mijn rechtvaardiging voor het leven’. Terwijl er in Afrika de Ubuntu-filosofie is die zegt: ‘Ik ben omdat wij zijn’. Dus deel uitmaken van de maatschappij. Ik zeg niet dat de ene beter is dan de andere, want net zoals bij religies of politieke ideeën gaat het niet om wie juist is, want het is een mix, een combinatie van alles. Want aan het einde van de dag, en dit geloof ik echt in de kern van wie ik ben, bloeden we allemaal dezelfde kleur. We bloeden allemaal dezelfde kleur, en dit betekent: we zijn allemaal broeders en zusters. En het maakt me niet uit welke religie je aanhangt of waar je vandaan komt of welke taal je spreekt. Je bent mijn broeder en laat ons kijken wat we samen kunnen doen. Of laats ons kijken of we het eens kunnen worden en samen een bepaalde richting kunnen inslaan, wat die richting ook mag zijn. Maar dit is natuurlijk een heel zachte aanpak. In een wereld waarin we omringd worden door scheppers en doeners en uitvoerders, is het iets anders om op een zachte manier te werken, maar die zachte manier sluit heel nauw aan bij de natuurlijke manier. Ik denk dat we de natuur moeten gebruiken voor noodzakelijkheden voor de mens, zij het auto’s, zij het voedsel, al die zaken, maar dat we het niet mogen overbelasten en de juiste balans moeten zien te vinden, want ook de bomen bloeden dezelfde kleur. We moeten in balans zijn omdat vechten tegen de aarde of andere mensen in feite niets anders is dan vechten tegen onszelf en je ziet allerlei mensen die zich tot de camera richten en zeggen: hey, jij! En wanneer ze naar je wijzen, zijn er drie andere vingers die terugwijzen naar henzelf. Dus dit moeten we zien te overwinnen en een manier van onderling begrip vinden en samen een bepaalde weg inslaan. Ik weet dat dit nogal een zachte aanpak is en dat veel mensen van mening zijn dat iedereen hard en sterk wil zien. Maar weet je wat het sterkst is van alles? Water.

S: Water, inderdaad.

D: Water is het sterkst. En water is ook plezant, het is verwarmend, zoals een warme douche, het is aangenaam, het is leuk. We bestaan voor 98 percent uit water. Wij zijn water. Water kan ook koud en hard en onaangenaam zijn, in de vorm van ijs dan. En wij zijn dat allemaal. Dus daarom probeer ik meer met de flow van water mee te gaan om mensen te helpen beter te worden. Dit gaat ook zo met mijn acteurs. Ik dwing hen niet, maar ik probeer hen ertoe te brengen om het beste uit zichzelf te halen.

S: En op welke manier ondersteun je deze gedachte in het leven? Ik bedoel, de manier van de natuur. Doe je iets dat verband houdt met de natuur, naast je beroep bedoel ik dan? Ga je elke vrijdag naar het bos of composteer je…

D: O god, je brengt me in verlegenheid. Ja, natuurlijk doe ik dit, maar nee, ik eet nog steeds vlees. Ik hou van vlees en ik knuffel geen bomen.

S: Je ziet er ook niet uit als iemand die bomen knuffelt.

D: Nee, ik knuffel geen bomen. Maar ik rijd wel met de wagen en dit soort zaken, maar ik denk dat als je je bewust bent van bepaalde dingen, je ze ook niet tot het uiterste drijft. Want restricties en regeltjes en wetten om dingen te verbieden, zijn niet bepaald goed om je er bewust van te worden, en ik probeer meer te leven vanuit een ingesteldheid van bewustwording. Misschien moeten we niet elke dag een T-bone steak eten, misschien is drie keer per week of één keer per week voldoende. Maar zorg dat de mensen zich bewust worden hiervan in plaats van te zeggen: je mag dit niet eten.

S: Ja, het komt uiteraard vanuit deze motivatie. En je kunt discipline hebben en dan krijg je meer vrijheid. Dus in feite is er niets specifieks dat je doet? Ik bedoel, ga je wandelen in het park? Ga je soms op zoek naar de natuur?

D: Zeker en vast.

S: Je verlangt ernaar of heb je soms vakanties waarin je een week naar het bos gaat om je in een klein hutje op te sluiten?

D: Dit jaar jammer genoeg niet, want ik bereid mijn eerste langspeelfilm voor, dus ik heb echt alle tijd nodig en zo. Natuurlijk waren er in deze periode beperkingen om naar buiten te gaan, maar ik ga elke avond wandelen om mijn geest vrij te maken en om naar de sterren te kijken en zo. Maar als je de volgende morgen in Brussel moet zijn om tien uur, dan zijn er natuurlijk dingen waar je de avond voordien aan voorbijgaat.

S: Laat je Brussel soms achter je? Denk je dat dit noodzakelijk is?

D: Ja, af en toe ga ik wandelen. Ik zou het vaker willen doen, maar het ding is dat ik vroeger vaak zei dat er een tijd was om te werken, een tijd voor vrije tijd, enz. Ik besefte uiteindelijk dat er slechts één tijd is, de tijd van ons leven, en dat we moeten bepalen welk percentage daarvan we waarvoor gebruiken. En omdat ik besefte dat mijn bloed gaat naar films maken en verhalen vertellen, leg ik veel tijd opzij daarvoor. Dat is mijn roeping en daarom heb ik ook mijn attitude ten opzichte van mijn job veranderd, de baan waarmee ik brood op de plank breng. Die doe ik zo goed als ik maar kan, maar er blijft die passie, die roeping zeg maar, en de meeste vrije tijd die ik heb sluipt hierin.

S: Misschien luisterde ik niet heel aandachtig, maar je hebt nog niet echt de vraag beantwoordt over hoe je een film maakt, klopt dat? Hoe werk je samen met een team? Met deze langspeelfilm bijvoorbeeld, hoe begin je aan zo’n project? Je hebt waarschijnlijk enkele contacten, uiteraard zijn er mensen die je kent. Maar stel je voor dat je een film wilt maken over een geschifte bosjesman. Wat zou je doen?

D: Wel, laat het me zo stellen: momenteel ben ik schrijver/regisseur. Ik vertel het verhaal en schrijf het scenario zelf. Dus daarom zijn er talloze eenzame nachtelijke uren die gewijd worden aan research en schrijven.

S: Met een glas rode wijn? Of een grote sigaar?

D: Ik rook niet, gelukkig maar, en ik drink heel zelden alcohol. Maar hoe dan ook, er is de trage periode die bestaat uit schrijven en daarna een iets leukere tijd om vrienden te ontmoeten en de problemen of het onderwerp of complete scènes te bespreken of wanneer ik vast komt te zitten.

S: Dit zijn vrienden en geen collega’s?

D: Beide. Soms zijn het mensen die helemaal niets te maken hebben met het project, gewoon om te kijken wat zij ervan vinden… Ik plaats hen in een denkbeeldige situatie en vraag hen: bedenk even hoe dit zou zijn, stel dat je met een auto door de Ardennen rijdt op een verlaten weg, ik zeg maar iets…

S: Dus je brengt emoties los, je wilt emoties zien?

D: Precies. En de auto valt in panne en er is geen telefoon, je gps doet het niet, etc. Hoe zou je reageren, wat zou je doen? Door het bos gaan naar het volgende dorp dat net achter het bos ligt? Of zou je deze bomenrij volgen? Wat zou jij als normaal mens doen? En naar deze reacties van collega’s en vrienden, die niets te maken hebben met het maken van films, luister ik, want weet je, antwoorden vinden bestaat vooral uit luisteren. Eerlijk luisteren is niet alleen luisteren naar het antwoord, maar ook luisteren naar de onderliggende lagen van het antwoord. En soms begint dan een verhaal op te duiken. Ik ontmoet enkele vrienden, we zitten gewoon samen, ik luister en plots komen twee of drie verhalen naar boven. Iemand vertelt me over hun kind die dit of dat meemaakt op school. En plots wordt er al een beetje van een scenario geschreven in mijn hoofd.

S: Oké, maar dit gaat over jouw inspiratie en het schrijven. Het is heel belangrijk, maar nu heb je een scenario. Wat volgt? Is er een vast proces of bepaalde stappen die je moet doorlopen?

D: Daarna kijk ik of het scenario sterk genoeg is om te kunnen verkopen of er een film van te maken en probeer ik me al acteurs voor te stellen, want het helpt om een echt iemand voor ogen te houden die een personage zal spelen. Er is een enorm verschil wanneer je een personage schrijft voor bijvoorbeeld Robert DeNiro of Bruce Willis. Al deze mensen hebben connotaties, een tonaliteit. Of Will Smith, weet je, dit zijn allemaal mensen met veel persoonlijkheid, maar ze brengen allerlei connotaties teweeg. Als je al iemand in gedachten hebt, dan helpt dit tijdens het schrijven. Voor mijn nieuwe project bijvoorbeeld dat eind dit jaar wordt gefilmd, Orson at the Orient, is er Russische geheim agent en ik stelde me meteen voor dat Yul Brynner deze rol speelde. Yul Brynner is een bekende acteur die jammer genoeg overleden is en die zich bewoog als een panter, heel vloeiend, elegant en hij was altijd heel aanwezig in het moment. Uiteraard is Yul Brynner niet meer beschikbaar, maar ik heb een Vlaamse acteur gevonden, Lucas Tavernier, die helemaal anders is dan Yul Brynner, maar toch gelijkenissen heeft in zijn vloeiende manier van bewegen als een panter, heel caleidoscopisch en ik kijk er echt naar uit om met hem samen te werken. En doordat ik hem al gevonden terwijl ik nog schrijf aan het scenario, heeft dit het verhaal enorm vooruitgeholpen.

S: Dus je visualiseert één van de acteurs die de rol vertolkt, die de rol in feite in leven roept?

D: Inderdaad.

S: Oké. Dus je contacteert enkele vrienden.

D: En wat ik dan natuurlijk doe is mijn producer bellen, Glenn, en ik zeg: Glenn, we hebben geld nodig. En hij zegt: o, stuur me het scenario maar. En als het hem echt raakt, dan zegt hij: oké, laat ons kijken hoe we dit zullen doen. En zo begint de machine te draaien.

S: En wat doet jouw producer precies? Dus jij schrijft het scenario, je staat op de set, en het is de producer die al het geld verzamelt?

D: Als iemand je zegt dat hij een producer is, dan is dit een beetje hetzelfde als zeggen dat hij een dokter is. Je wordt een bepaalde richting in gestuurd, maar in feite weet je niets, want een dokter kan gespecialiseerd zijn in de ogen of in de voeten. En er zijn allerlei soorten producers. Er zijn producers die gewoon geld verzamelen om de film te maken, er zijn er, executive producers, die ervoor zorgen dat alles zichtbaar kan worden gemaakt, er zijn er die veel contacten hebben en acteurs aanspreken, etc. Dus het is nogal gevarieerd en mijn producer Glenn is iemand die in meerdere wateren zwemt.

S: Hij mag alle rotzooi oplossen?

D: Ja, jammer genoeg wel. Sorry, Glenn.

S: En jij bent de schrijver en de filosoof en je praat over hem in de podcast.

D: Ja, waar is hij, hé? Maar hij bereidt ook de contracten voor LA voor en dergelijke zaken en zoals ik al zei, we werken al heel lang samen en kunnen het goed met elkaar vinden, dus wanneer hij iets voorbereidt, dan bekijk ik het. We werken echt goed samen.

S: En hoe lang werken jullie al samen?

D: Aan dit project werken we al meer dan een jaar samen.

S: Dus de producer lost alle problemen op en doet in feite alles achter de schermen?

D: Ja, hij moet ook marketing doen en de website. We hebben ook een website. www.orsonattheorient.com.

S: We plaatsen alle links in de beschrijving.

D: Bedankt.

S: Oké, dus de producer doet zijn taak en ondertussen heb jij al acteurs in gedachten om te contacteren?

D: Zeker en vast.

S: Dus is er zoiets als een open vacature, zoals ik zoek naar zoiets? Want nu werk je op een andere manier, het is een langspeelfilm, dus dit vergt meer werk veronderstel ik?

D: Inderdaad.

S: Dus het verschilt van een kortfilm?

D: Wel, als je een kortfilm maakt, dan zou ik zeggen dat het driekwart is van een langspeelfilm, want je moet bijvoorbeeld de juiste acteurs vinden, het juiste technische team. Ik heb heel lang samengewerkt met een specifiek technisch team, een Oostenrijker, Martin Krager, die jammer genoeg enkele jaren geleden overleden is. Daarna heb ik samengewerkt met een heel getalenteerde Belgische, Shania Vandezande, en zij zal ook meewerken aan dit project. Ze zal achter de B camera staan voor bepaalde scenes, maar we hebben ook een groter team voor de A camera en zo. Het is een beetje zoals je een snelle wagen nodig hebt voor de Formule 3. De Formule 1 is min of meer hetzelfde, gewoon een serieuze stap hoger.

S: Ja, ik kan me wel inbeelden dat het moeilijkste gedeelte is om zo’n groot project te organiseren, het managen van mensen. Mensen moeten betaald worden, er moet communicatie gevoerd worden… Dus houd je bijvoorbeeld een typische casting van, laat ons zeggen, vijf mensen en zeg je dan: jij bent geschikt voor deze rol en jij niet? Wat vind je trouwens van de vragen? Vind je ze relevant of zijn sommige zaken een groot geheim?

D: Nee, delen is belangrijk. Neem mijn acteurs niet weg van mijn project, maar neem ze en gebruik ze voor je eigen projecten want het zijn fantastische acteurs. Het ding is dat ik enkele mensen ken en ik heb de film nog niet gecast, want voor de meeste rollen spreek ik de mensen persoonlijk aan. Ik zeg: kijk, er is een rol en ik stel me voor dat jij die vertolkt. Soms antwoordt iemand bijvoorbeeld dat hij zich niet wil scheren voor dit project, Orson at the Orient, dat zich afspeelt in 1948, dus in die tijd waren er bepaalde baard- en haarstijlen die helemaal niet bestonden. En als iemand zijn baard bijvoorbeeld liever niet laat afscheren, dan zeg ik: oké, geen probleem. Misschien plaats ik die persoon dan in het productieproces of zo, maar hij zal dan geen acteur zijn voor de camera, want we moeten rekening houden met de authenticiteit van die tijd. Dus er zijn bijvoorbeeld alleen bepaalde horloges toegelaten, in 1948 waren er geen mobiele telefoons, etc. Dus voor veel van deze rollen contacteer ik de acteurs rechtstreeks om het met hen te bespreken. Ik moet ook zeggen dat ik voor sommige kleinere rollen soms mensen contacteer die toneelervaring hebben uit hun jeugd, maar sindsdien niet meer op de planken of voor een camera hebben gestaan.

S: Maar ze weten wel waarover je het hebt. Kijk niet naar de camera, raak je gezicht niet aan.

D: Ze weten waarover ik heb, maar ze zijn ook erg geïnteresseerd om deel uit te maken van dit project, want weet je, zoals ik al zei, het gaat om een lotsbestemming. Soms weet ik gewoon dat mensen die al jaren niet meer voor een camera hebben gestaan, gewoon perfect geschikt zijn voor een bepaalde rol. Een rol in een film hangt niet in het ijle, want dit personage moet een echt persoon in leven roepen. Dus als deze echte persoon zich ergert aan het lawaai op de gang van het hotel of zoiets, dan zouden we allemaal zeggen: hé, kom op, wees eens niet zo luid, ik wil slapen, het is midden op de nacht. Dus acteren, zoals je wel weet, gaat over zo echt mogelijk zijn in een denkbeeldige situatie of setting. En daarom wordt gewerkt met echte mensen en niet met hersendode acteurs.

S: Dus de rol groeit op organische wijze. Oké, dus je hebt de acteurs, het team is er. Nu begint het, correct?

D: Ik zou niet zeggen dat het stressende gedeelte dan voorbij is.

S: Ik kan me inbeelden hoe stresserend dat wel moet zijn. Dus je hebt zelfkennis nodig om bepaalde zaken los te laten, om de controle los te laten, waar je streng en standvastig moet zijn, waar je flexibel moet zijn? De mindset…

D: Ik weet het niet, misschien ben ik niet de juiste persoon om deze vraag aan te stellen, want ik zit gewoon vol lotsbestemming en hoewel ik geen grote fan ben van Napoleon, want hij was een krijgsheer uiteraard, ken ik wel een heel interessant en belangrijk citaat van hem. Hij zei: “Laat ons beginnen en we zien wel”. Het is niet dat ik geen idee of plan heb. Ik heb een plan A, een plan B. Mijn plan bestaat uit verschillende lagen en vanuit een bepaald oogpunt moet ik meegaan met de flow. Maar dit betekent niet dat je geen strikt management hebt en bepaalde dingen moet volgen. De kijkers en luisteraars weten al dat ik een normale job heb om brood op de plank te krijgen, maar een artiest zijn, een cineast, regisseur, samenwerken met acteurs, met producers, iets maken vanuit niets, wat heel erg succesvol is gebleken in de voorbije jaren, uiteraard betekent dit dat je heel strikt en streng aan tijdsmanagement moet doen. Uiteraard zeg ik niet tegen mezelf dat ik om zeven uur ‘s morgens moet opstaan en mezelf hiermee moet geselen. Want de dingen moeten op een juiste manier en op het juiste moment worden gedaan en niet omdat het in je agenda of in een schema staat. Dus ik moet heel erg omzichtig omspringen met tijd. Natuurlijk wenste ik dat ik vroeger in mijn leven was begonnen met het maken van films, want iedereen heeft een klok die tikt en eenmaal de man met de zeis aan je deur staat… Weet je, er is een bekende film met Max Tudor, The Knight and the Death, waarin de ridder probeert te schaken met de Dood om zijn leven uit te rekken. Het is een zwartwit film van Ingmar Bergman. Dus wanneer de dood komt aankloppen, zegt hij: jij komt nu met me mee. Je kunt niet zeggen: sorry, ik heb nog vijftig dagen vakantie. Zo werkt het niet, want hij zegt: je tijd is op, kom mee. Dus daarom was ik graag vroeger begonnen met het maken van films of dit type films, maar ik heb een bepaalde tijd en ik hoop dat ik nog vele jaren voor de boeg heb. Ik zal misschien geen honderd jaar worden, maar mijn vader is nu negentig en zijn oudst zuster is zevenennegentig, dus de genen lijken wel in orde te zijn. Ik heb misschien, laat me hout aanraken, nog wat tijd over om verhalen te vertellen en films te maken. Maar natuurlijk is onze tijd niet eindeloos en we moeten er altijd op voorbereid zijn. En dit geldt ook voor de natuur. Wees altijd voorbereid, laat niets onafgewerkt.

S: Wat bedoel je met voorbereid?

D: Om te sterven. Wanneer het tijd is om te sterven, dat je geen open zaken meer hebt met mensen. Zoals we bijvoorbeeld zeiden in het voorbereidende gesprek, wanneer je iemand kwets, niet bewust uiteraard want dat is gewoonweg verkeerd, maar misschien kwets je iemand niet bewust, gebeurt er iets waardoor je iemand kwetst. Wel, het moment dat je je hiervan bewust wordt, probeer dit dan op te lossen en zeg: ik wist het niet en het spijt me daarvoor. Dingen oplolsen. Wees voorbereid. Op een bepaald moment is onze tijd daar en, weet je, ik heb een scenario geschreven over sterven. Tijdens het researchen heb ik gelezen dat mensen zich vaak beklagen wat ze niet hebben gedaan en wat ze niet hebben gezegd. En dan is hun laatste moment daar en zeggen ze: ah, had ik maar dit gezegd tegen die persoon. Waarom heb je dat dan niet gedaan? Je had de tijd en de zuurstof om dat te doen. En ook al is het nu of misschien na ons gesprek, maakt niet uit. Zeg: oké, ik heb deze persoon al lang niet meer opgebeld. Bel die gewoon op en zeg: hé, ik moest aan je denken. Niets speciaals, gewoon… weet je, dit maakt ook deel uit van een mens zijn, want een mens zijn is niet alleen door het bos dwalen. We zijn met elkaar verbonden.

S: Laat ons even terugkomen op weerbaarheid. Een film maken beslaat zowat een jaar. Hoe blijf je dat volhouden? Misschien heb je er zelfs geld aan verloren, weet ik veel. En toch blijf je doorgaan. Waarom doorgaan?

D: Er is een citaat: “Hoe word je een miljonair door films? Door te beginnen als multimiljonair”. Want je verliest altijd…

S: Die kende ik niet.

D: Wat kende je niet?

S: Ik kende bijna al je citaten, maar deze niet.

D: Het ding is natuurlijk dat artiesten willen leven van hun kunst, maar in feite leven we voor onze kunst. En dan komt het geld vanzelf. Het is ook een beetje de gedachte van de oude Romeinen die zeiden: doe wat je doet en de woorden komen vanzelf. Dus vertel je verhalen en op een gegeven moment komt de beloning vanzelf. Daarom was ik heel gelukkig en nederig om prijzen en onderscheidingen te ontvangen, maar het is niet dat ik zei: oké, ik zal films maken om een onderscheiding te krijgen van de Oostenrijkse overheid. Ik wist zelfs niet dat zoiets bestond. Een man moet doen wat een man moet doen. En met man bedoel ik niet een man, maar de mensheid: een persoon moet doen wat diegene moet doen.

S: Ik verwachtte niet dat gesprek in deze richting zou gaan, ik dacht dat het meer technisch zou zijn. Je bent vol verrassingen, weet je. Ik dacht: deze kerel wint prijzen, hij toont zijn trofeeën op Facebook, misschien heeft hij een akelig ego, maar ik wist ook dat dit niet kon kloppen, want ik had een goed gevoel bij je en ik vertrouwde dat gevoel.

D: Je kan en moet vertrouwen op je gevoel, want er is een connectie, iets dat vanuit de solar plexus komt en niet via de hersenen. Een gevoel in je binnenste, zeg maar.

S: Maar dit leren we niet op school, hé?

D: Op school leren we natuurlijk om bepaalde tools te gebruiken, maar we kennen de betekenis niet die achter deze tools schuilgaat. Ik denk dat dit een beetje het probleem is. In de scholen kunnen we zien dat de creativiteit van kinderen, die van nature uit heel creatief zijn, zowat verloren gaat, want dit schoolsysteem is… of laat het me anders formuleren: God heeft ons armen en benen gegeven om te bewegen en een stem om mee te roepen. En wat krijgen we te horen op school? Zit stil en hou verdorie je mond! Ze plaatsen je in een hokje, maar dit is niet waarvoor we gemaakt zijn. Ons schoolsysteem is gebaseerd op Maria Theresa in de achttiende eeuw of zo in Europa en ook op de Duits-Pruisische ideeën over school, die uitgewerkt werden om soldaten te maken, om mensen te maken die bevelen ontvangen en deze zouden opvolgen. En daarom passen artiesten niet echt in het hokje, want vooral ik heb niet het gevoel dat ik geboren ben om bevelen op te volgen. Een van de dingen die ik heb geleerd, is dat ik hiërarchie wel kan aanvaarden, maar niet door de ster op de schouder van die persoon of omdat die de koning, de koningin, de secretaris-generaal of wat dan ook is, een dokter of zo, maar als de persoonlijkheid interessant en betekenisvol is, wel ja, dan volg ik met plezier.

S: Authentieke autoriteit noemt dit. En heb je nog dromen in gedachten die je wilt waarmaken? Dromen die niets met films te maken hebben?

D: Wel, een golfbaan met achttien holes afwerken met par, dat zou wel leuk zijn, maar ik ben lichtjaren verwijderd daarvan. Ik weet niet eens wanneer ik mijn golfclubs de laatste keer heb aangeraakt. Nee, ik bereid al mijn volgende film voor. Ik sprak gisteren met een heel goede vriend van me, Allister Wright, die in feite een academicus is op gebied van zakelijk management en dit soort dingen, maar hij is ook een heel getalenteerde auteur en hij heeft meerdere romans geschreven over spionage waarin hij de idee uitwerkt dat er een Europese Geheime Dienst bestaat, maar ik wil zo ver niet gaan. En we hadden een interessant idee. Je zou zijn boeken moeten lezen. Alex Hunter is zijn pseudoniem, je vindt zijn boeken op het internet. Maar we hadden een heel aangename lunch samen, inmiddels bijna twee jaar geleden, en ik ben heel blij dat hij openhartig was en zei: weet je, ik heb een bepaald beeld in mijn hoofd sinds 1973 en ik weet maar niet hoe ik daar een roman over kan schrijven.  En dus hebben we tijdens die lunch dat verhaal samen uitgewerkt. Het is zijn verhaal, niet mijn verhaal. Hij is de verteller, de auteur, de schrijver, en nu hebben we natuurlijk twee jaar stilstand gehad, maar ik belde hem gisteren voor zijn verjaardag eerder deze week op en zei: weet je, na het project van de langspeelfilm Orson at the Orient, moeten we nog eens samenkomen om te praten over het project Ocean Gipsy. En ik zei: weet je wat, je zal het niet geloven, maar in mijn agenda voor begin volgende week staat dat ik het bestaande scenario moet herzien. Dus zie je, wanneer ik naar de montagekamer of de set ga, dan is er altijd een innerlijk stemmetje dat zegt dat dit misschien de laatste keer is. Maar er komt altijd een nieuwe dag en er komt altijd een nieuw verhaal opdoemen dat ik interessant of opwindend vindt. Het is een beetje zoals van het ene eiland naar het andere gaan om deze psychologische ‘waaroms’ te onderzoeken. De Ocean Gipsy, waarom doet ze dit, hoe is ze daar terechtgekomen, wat is het psychologische aspect? Nogmaals, dit is het verhaal van Allister en dit zal een van die films zijn die ik niet geschreven heb, maar waarvoor ik nauw zal samenwerken met de auteur. Er is een documentaire gepland voor volgens jaar, en Ocean Gipsy zou dan voor het jaar daarna zijn.

S: Dus veel dingen in het vooruitzicht. Het blijft maar doorgaan. Mijn vraag was: wat zijn je doelen? En het gaat altijd maar over meer films maken.

D: Het is een manier om jezelf uit te drukken. Stel dat je aan een schilder vraagt: wat zal je hierna doen? Mogelijk zegt hij dan: ik moet een nieuw schilderij maken. Het gaat ‘m in elk geval om het nader onderzoeken van dit soort emotionele landschappen, want het was volgens mij Freud of een andere auteur uit die tijd die zei: “De ziel is een uitgestrekt landschap”.

S: Jung?

D: Ja, dat kan ook. Jung werkte samen met Freud.

S: Hij was zijn leerling.

D: Dus dit uitgestrekte landschap kan en moet volgens mij verkend worden, want het zit in jou, het zit in mij. Het is volgens mij overal, misschien delen we het wel op een bepaalde manier, maar we hebben elk onze eigen visie erop. Dus dit is iets dat gewoon heel interessant is en wanneer een film uitgebracht wordt als een echt product, dan is dit een deel daarvan, maar de reis blijft maar doorgaan want, weet je, ik beschouw het leven niet als een wedstrijd om prijzen te winnen of beter te argumenteren of een politiek statement te maken of zo. Het leven is een reis en geen wedstrijd.

S: Ik zal aan je acteurs vragen hoe je echt bent op de set, want misschien kom je hier voor de camera heel vriendelijk en benaderbaar over, maar hoe ben je echt op de set? Schreeuw je voortdurend?

D: Wel, natuurlijk moet je dit aan mijn acteurs vragen, en je bent heel erg welkom om ons op de set te komen bezoeken, en om misschien met een van de acteurs te doen wat we hier nu doen.

S: Als je ooit een bosjesman of een geschifte holbewoners of een survivalist of een Rus nodig hebt…

D: Niet in deze film, maar misschien in een volgende… ik hou het in gedachten. Nee, het ding is dat ik praat met mijn acteurs zoals ik wil dat er tegen mij wordt gepraat. Ik wil niet gewoon schreeuwen, want alles dat je schreeuwt kun je ook gewoon zeggen en ik wil mensen niet bedreigen om hun reacties los te krijgen. Ik wil ze leiden tot de beste versie van zichzelf, dat zich dan overzet op de rol die ze spelen.

S: We gaan binnenkort afronden, maar eerst wil ik nog zeggen dat je een fundraiser hebt opgestart voor je volgende film, want jullie kunnen wel wat extra’s gebruiken.

D: Ja.

S: Altijd. Als mensen je willen sponsoren, want kunnen ze dan verwachten terug te krijgen?

D: Wel, ik veronderstel dat het publiek alle links wel in de podcast zal vinden. Momenteel zetten we een fundraisingplatform op die binnen een week of twee, drie operationeel zal zijn. In verschillende stadia krijg je verschillende dingen terug. Een van de makkelijkere is bijvoorbeeld posters en T-shirts die gesigneerd werden door de acteurs en door ons… maar er zijn verschillende modules tot zelfs op de set mogen staan terwijl de film wordt opgenomen.

S: Ideaal dus als verjaardagsgeschenk voor een kind dat droomt van een filmcarrière?

D: Inderdaad, live op de set. En misschien een nacht blijven slapen in het hotel waar de film wordt opgenomen en aanschuiven bij een diner samen met de hoofdacteurs en de cast, wat heel interessant zou zijn. Het zou me heel gelukkig stemmen als mensen deze film willen steunen. Het is een adembenemend verhaal dat zich afspeelt in Wenen in 1948, toen Olson Welles de stad Wenen bezocht voor de opnames van de film The Third man. Je moet weten dat Wenen in 1948 het begin inluidde van het tijdperk McCarthy met de rode angst in de VS, waarbij mensen die communist waren of enigszins met communisme te maken hadden, niet meer mochten werken in de filmindustrie of bepaalde andere beroepen mochten uitoefenen. Anderzijds luidde dit ook het begin in van de Koude Oorlog. Wenen in die tijd was een bezette stad zoals Berlijn, onderverdeeld in vier zones: de Engelse, de Franse, de Amerikaanse en de Russische. En het eerste district in Wenen was een gecombineerd gebied, het was zowat neutraal, maar stel dat je ontvoerd werd door de Russen of de Amerikanen en in hun sector terechtkwam, dan kon je zomaar gedeporteerd worden naar bijvoorbeeld Siberië of waar dan ook.

S: Dus al die kostuums vanuit die tijd…

D: We hebben de kostuums, de uniformen, we hebben ook de geweren en zo. Het moet authentiek zijn. Ik wil niet dan iemand in de bioscoop zit en zegt: hé, dat klopt niet, die agent heeft het verkeerde pistool… Je wil geen historische film maken waarin mensen een Apple Watch dragen of zo. Dus de informatie kun je vinden op onze website www.orsonattheorient.com. Ik heb een Facebookprofiel en er komt ook een Facebookprofiel voor de film. Deze komt binnen enkele dagen online en zal ook de links bevatten naar het crowdfundingplatform. Het zal onmiddellijk een klassieker worden. We hebben een fantastische acteur uit de VS, Troy McCall, een belauwerde cineast die Olson zal vertolken. Olson was trouwens zijn bijnaam op de filmschool en hij vertoont echt gelijkenissen met de echte Olson en bovendien is het een geweldige kerel. En we hebben Lucas Tavernier die de rol van de Russische geheim agent vertolkt. We hebben een coole kerel, Christian Belfrage, die Trevor Howard zal spelen. Dit was een hoofdrol in de film The Third Man. En al deze dingen gebeuren ook in de film, dat enigszins het verhaal is van een nacht waarvan niemand wil zeggen dat die echt is gebeurd, en er is de achtergrond van de film The Third Man. We kwamen erachter dat Graham Green, de auteur van het boek voor de film The Third Man, in feite lid was van de Communistische Partij in Engeland. En David Selznick, de producer uit Hollywood die de film op zich nam, wou er een propagandafilm van maken. Maar Graham Green en Carol Reed, de regisseur, wisten Selznick te overtuigen om er geen propagandafilm van te maken. Er zijn ook hints dat Olson Wells hier wat invloed op had, maar de rest zal je wel zien in de film.

S: Ik kijk er echt naar uit, vooral naar de setting en zo. Ik heb nog twee vragen en dan ronden we af. Heb jij eigenlijk een vraag voor mij?

D: Ja, we kennen elkaar al enkele jaren en we zijn elkaar misschien wat uit het oog verloren, maar ik ben echt blij en verbaasd om te zien dat je deze podcast en serie interviews hebt. En het interesseert me om te zien hoe je dit in het leven hebt geroepen en waar het idee vandaan kwam om dit te doen…

S: De kerel achter de camera is de stille, David, maar het is ongelooflijk wat hij allemaal doet. Maar net als jij had ik een idee en toen praatte ik met mensen en nu doen we dit samen, maar zonder hem zou ik maar een kerel zijn met een mobiele telefoon. Je hebt mensen nodig, anders gebeurt het niet.

D: Dus het is een beetje zoals dat liedje van de Beatles, With a Little Help from my Friends? En je hebt een breed publiek?

S: Ja, in feite bestaat mijn publiek uit mensen die meer in hun eigen zelfonderhoud willen voorzien, meer op zichzelf toegewezen willen zijn, autonomer willen zijn, individuele emancipatie zeg maar, mensen die meer hierover willen te weten komen en hun buikgevoel volgen en geen externe organisatie of een instituut nodig hebben om hun innerlijke kracht te erkennen. En mijn belangrijkste onderwerpen zijn weerbaarheid, Krav Maga, zelfverdediging, de natuur, hoe je eigen permacultuur te bouwen, tuinieren, menselijk verbinding zoals dit hier. Het is mijn antwoord op het voorbije jaar en op wat er allemaal is gebeurd, want ik was heel boos en gefrustreerd. Dit is uit die frustratie voortgekomen.

D: Dus als ik het goed begrijp, heb je jouw boosheid en frustratie omgezet in actie om mensen te helpen om echt zichzelf te zijn en niet langer van een autoriteit afhankelijk te moeten zijn?

S: Ja, en niet door een guru te zijn, maar gewoon door gezamenlijke kennis te delen met mensen en dit niet op te dringen. En het is mijn eigen traject van de universiteit naar het systeem en daarna naar minder afhankelijk zijn en niet in een kooi te moeten leven. Verbonden zijn met gelijkgestemde mensen, dat is mijn ware passie.

D: Weet je, er bestaat een verhaal over de fee die je bezoekt en die zegt: je krijgt drie wensen. En wat zou je eerste wens zijn? De eerste wens zou zijn: ik wil een onbeperkt aantal wensen. Wel, hoe dan ook, er is ook nog die stomme vraag die de meeste mensen HR-mensen stellen…

S: Waar zou je willen staan binnen vijf jaar?

D: Ik wil een beetje die richting uitgaan en zeggen: je staat een het begin van je reis. Waar denk je dat deze reis jou zal brengen?

S: Ik weet 100 procent zeker wat ik wil, en dat is een groot stuk land hebben ergens in Spanje, liefst in de buurt van Valencia, waar mensen kunnen samenkomen om menselijke vaardigheden te leren, beginnend met zelfverdediging, hoe je eigen groenten kweken, naar de sterren kijken en deze leren te lezen, navigatie, houtbewerking, dit soort dingen. Dus echt de menselijke vaardigheden aanleren die we verleerd zijn. En mensen uitnodigen om deze lessen te geven, want ik zal ze niet allemaal zelf geven. Het is mijn droom om een soort levensschool te hebben, maar dan geen school, begrijp je? Het is geen sekte, gewoon normaal doen. Geen religie, gewoon normaal leven. Hoe doe je dit, hoe maak je vuur? Het gaat niet over hoe de Swami’s of de Kelten het deden.

D: Heel interessant. Ik vind dit heel cool en je weet dat ik ooit begon ben met het maken van documentaires, dus ik pitch nu even, maar als je ooit voelt dat er een documentaire over je traject gemaakt moet worden, bel dan en ik zal er staan.

S: Ja, zeker en vast. Bedankt!

D: Ik vind dit heel erg interessant. Toen 1999 overging in 2000, waren er overal ter wereld mensen die zeiden: o, dit wordt het einde van de wereld, alle computers en horloges zullen vastlopen, etc. En ik ging naar Australië om op een veeboerderij te werken en mijn werk bestond uit het vee met een quad naar de voerderplaats drijven en het maken van prikkeldraad. Het was slechts zes weken, maar uiteraard las ik ook talloze boeken over survival en hoe je vuur maakt en zo. Ik bedoel maar, als je in de jungle naar het toilet moet en je zit in het midden van het bos naast een spin die zo groot is als je hand… Ik had te veel beschaving in me, snap je?

S: Laatste vraag. Welk advies zou je geven aan je 18-jarige zelf met de kennis die je nu hebt, de ervaring die je nu hebt? Probeer zo kort mogelijk te antwoorden. Wat zou je zeggen?

D: O, dit komt compleet onverwachts. Ik zou tegen mijn innerlijke kind zeggen, ten eerste: de creatieve volwassene is het kind dat nooit is gestorven. Dit is het eerste, want tijdens het leven sterven we langzaam binnenin, het creatieve kind in ons sterft met de jaren en we verliezen onze nieuwsgierigheid in nieuwe dingen. Maar ik zou ook zeggen dat we in feite een ziel zijn, een geest, en dat we een voertuig besturen dat bestaat uit weefsel, bloed, water, botten, en dit driedimensionaal, dus wat is er om bang voor te zijn? Er is niets om bang voor te zijn. Natuurlijk moet je ook niet dom doen en jezelf verwonden en daarna tussen de haaien gaan zwemmen.

S: Alsof je psychedelica hebt genomen.

D: Wees niet bang van dingen, wees trouw aan jezelf en een beetje zoals in de Bijbel: kijk naar de vogels, zij planten geen zaadjes en toch eten ze. Vrees niet. Er is niets om te vrezen, want het is angst die ons tegenhoudt. Het moment dat we panikeren, maken we de verkeerde beslissingen en momenteel zijn veel mensen in paniek, omdat er mensen zijn die tegen hen zeggen: we willen dat je panikeert. Ik denk dat we voorzichtig en terughoudend moeten zijn en proberen het juiste pad, het pad van evenwicht, te bewandelen.

S: Ik wil je bedanken voor dit voortreffelijke advies. We zouden uren kunnen blijven praten, maar ik denk dat dit een mooie introductie was. Misschien als de mensen geïnteresseerd zijn komt er nog een deel twee, maar ik denk dat jij het wel druk genoeg hebt.

D: Heel erg bedankt voor de uitnodiging. Ik heb je altijd leuk gevonden en ik zie je graag als de persoon die je bent, heel zelfbewust en je gaat op een onschadelijke manier door een nogal ruwe omgeving, onze maatschappij. Ik vond dit bijzonder leuk. Bedankt voor de uitnodiging.

Get new content delivered directly to your inbox.

[jetpack_subscription_form subscribe_placeholder=”Enter your email address” show_subscribers_total=”false” button_on_newline=”true” submit_button_text=”Sign Up” custom_font_size=”16px” custom_border_radius=”0″ custom_border_weight=”1″ custom_padding=”15″ custom_spacing=”10″ submit_button_classes=”has-text-color has-background-color has-background has-primary-background-color” email_field_classes=”” show_only_email_and_button=”true”]